Studie: eigenrisicodrager WGA vooral beter in doorstroom naar IVA


Eigenrisicodragers realiseren aanzienlijk meer uitstroom uit de WGA dan UWV, maar ze doen dat vooral via meer doorstroom naar de IVA. Bij de uitstroom naar werk zijn de verschillen tussen publieke en private uitvoering te verwaarlozen. Ook eindigt de uitkering ongeveer even vaak in een 35-minsituatie. Dit blijkt een onderzoek van UWV en de Universiteit Leiden. De resultaten hebben uitsluitend betrekking op WGA-uitkeringen na een vast dienstverband.
Het onderzoek is gepubliceerd in een UWV-kennisverslag en had specifiek tot doel in beeld te brengen of eigenrisicodragerschap leidt tot meer uitstroom vanuit de WGA naar werk. Uit eerder onderzoek was al duidelijk dat werknemers van eigenrisicodragers vaker en sneller uitstromen uit de WGA. Onduidelijk was nog of het hierbij (deels) ook gaat om extra uitstroom naar werk. Het antwoord op die vraag hebben de onderzoekers gezocht door een analyse uit te voeren over de WGA-instroom in de periode 2006–2021. WGA-instroom vanuit de Ziektewet (vangnetters) hielden ze buiten de analyse omdat eigenrisicodragen voor deze groep tot 2017 nog niet mogelijk was.
Het verschil bij de IVA-doorstroom is aanzienlijk
De voornaamste bevindingen in het onderzoek zijn:
Actieve monitoring en capaciteitsgebrek zijn sleutelfactoren
De onderzoekers concluderen dat de verschillen vooral het gevolg zijn van actievere monitoring van de situatie van deels arbeidsongeschikte werknemers. Eigenrisicodragers vragen hierdoor vaker herbeoordelingen aan dan UWV zelf doet. Hier komt nog bij dat UWV onvoldoende capaciteit heeft om alle beoordelingen op tijd uit te voeren en eigenrisicodragers niet mag benadelen. Verzoeken om herbeoordeling van eigenrisicodragers krijgen daarom voorrang op herbeoordelingen op initiatief van de UWV-verzekeringsarts. Het uiteindelijke resultaat is dat bij eigenrisicodragers het gemiddelde op 0,8 herbeoordelingen per WGA-gerechtigde ligt, tegen 0,4 bij publieke uitvoering.
Er komt nader onderzoek naar geschikte keuringsmomenten
De onderzoekers signaleren ook dat bij gerichte monitoring door UWV de herbeoordeling vaker leidt tot een wijziging van uitkeringsklasse (85%) dan bij vraaggestuurde herbeoordelingen (ruim 60%). Op basis van dit gegeven uit eerder onderzoek concluderen zij dat er maatschappelijke winst te behalen is door vraaggestuurde herbeoordelingen gerichter in te zetten. De Vrije Universiteit Amsterdam start in de loop van 2026 met medewerking van UWV een onderzoek dat meer inzicht moet geven in goede timing van beoordelingsmomenten.
Meer weten?